Kom, dan zullen we onze rijkdom delen

Kom, dan zullen we onze rijkdom delen

Alphonse Muambi − 06/12/08 – Bron: Trouw

De kinderen van Congo hebben allang begrepen dat de conflicten in het land economisch van aard zijn en niet etnisch, schrijft Alphonse Muambi. „Ze nodigen Europa en de Verenigde Staten uit om de begeerde slagroomtaart die Congo heet met hen te delen. Kom naar ons, kom rechtstreeks naar ons toe, jullie hoeven niet via aangrenzende landen te gaan, jullie hoeven geen oorlogen te creëren.”

Afrika, de hut van mijn grootmoeder, staat in brand. Zijn steunpilaar, de Democratische Republiek Congo, dreigt in vlammen op te gaan. Tussen de bommen van de rebellen door schreeuwt de bevolking van Oost-Congo om hulp. Maar het geschreeuw klinkt niet hard genoeg om de wolkenkrabbers van de Verenigde Naties in New York te bereiken.

De afstand tussen Goma en New York is de afstand tussen de hemel en de hel. Een afstand tussen het leven en de dood.

De bisschoppen van Congo spreken al van een stille genocide uit economische motieven. De Veiligheidsraad, de Europese Unie en de Afrikaanse Unie laten de ene onderhandeling voor een staakt-het-vuren op de andere volgen. Zodra er een wapenstilstand is afgekondigd is er even tijd om de doden te begraven, waarna het geweld gewoon weer wordt hervat.

Ondertussen zendt CNN triomfantelijke beelden uit van Laurent Nkunda, de rebellenleider die zegt te vechten om niet alleen de Tutsi’s in Congo te bevrijden, maar de gehele Congolese bevolking. Nkunda is ook tegen de contracten die tussen de Democratische Republiek Congo en China zijn gesloten. Voor ongeveer negen miljard dollar mag China jarenlang waardevolle grondstoffen in Oost-Congo delven.

De vraag is of we niet allang zijn beland in de profetie van de Franse schrijver Alain Minc. Hij voorspelde dat een Derde Wereldoorlog mogelijk zou zijn en dat die zich zou kernmerken door de verovering van economisch aantrekkelijke gebieden. Het lijkt er veel op dat we ons al in die economische Derde Wereldoorlog bevinden.

Nadat Afrika als strijdtoneel diende voor de Koude Oorlog, is het continent nu het slagveld voor een economische strijd geworden. Angola en Mozambique dragen de littekens van een lange, verschrikkelijke oorlog tussen het socialisme van de Sovjet-Unie en het kapitalisme van de Verenigde Staten – een oorlog tussen buitenlandse ideologieën en mogendheden op het Afrikaanse continent.

Niet mijn helderziende, inmiddels overleden Afrikaanse grootmoeder, maar de Britse schrijver John Le Carré voorspelde de annexatie van Oost-Congo door Rwanda met behulp van Amerika. Hij beschreef dit in ’De luistervink’, zijn thriller over Congo, die verscheen vóór de Congolese verkiezingen van 2006:

„Niet voor de eerste keer hebben zij een oogje op Oost-Congo laten vallen en wat zien zij? Verkiezingen op handen met anarchie als het waarschijnlijke gevolg. De Chinezen op jacht naar hulpbronnen blaffend voor de deur. Wat moeten ze doen? De Congolezen mogen de Amerikanen niet en dat gevoel is wederzijds. De Rwandezen verachten de Congolezen en hebben er stevig de wind onder. Bovenal zijn ze efficiënt.

De Amerikaanse strategie is dus Rwanda’s commerciële en economische aanwezigheid in Oost-Congo zover op te bouwen tot zij een onloochenbaar feit is. Ze hopen op een de facto annexatie zonder bloedvergieten, en rekenen erop dat de CIA een handje helpt.”

De rol van de Nigeriaanse oud-president Obasanjo als VN-bemiddelaar in de recente conflicten in Congo verschilt niet van de rol die de Canadese generaal Maurice Barril speelde tijdens de invasie van Oost-Congo door Rwanda en Oeganda in 1996. Terwijl de Fransen (achter Congo) en Amerikanen (achter Rwanda) in de Veiligheidsraad met elkaar streden over de strijd in Oost-Congo, voltrok zich ter plekke een humanitaire ramp. Barril werd toen vooruit gestuurd om te verkennen of de ramp echt hulp behoefde. Nu doet Obasanjo dat. Het is een Afrikaans conflict, dus een Afrikaanse bemiddelaar doet het goed in de publieke opinie. Volgens Le Potentiel, een serieuze krant in Congo, zitten de Fransen achter de steun die Angola aan het Congolese leger biedt, om zo de invloed van Rwanda te kunnen beperken. Wat wil zeggen dat Frankrijk de invloed van Amerika wil inperken, dat achter Rwanda zou zitten.

Een oorlog tussen Congo en Rwanda, tussen Fransen en Amerikanen en tussen de Franse taal en de Engelse taal op het grondgebied van Congo. En koning Laurent Nkunda danst graag als een sprinkhaan met Obasanjo in het licht van westerse camera’s.

Hebben we hier te maken met een conflict dat voor het Internationaal Strafhof in Den Haag zal eindigen? Of is het een politieke kwestie die politieke oplossingen vereist?

Het is treurig maar de geschiedenis herhaalt zich. Ik ben zeer benieuwd naar wat er nu binnen de kamers van de Veiligheidsraad wordt besproken en afgesproken. In 1996 zei Daniel Simpson, destijds ambassadeur van de Verenigde Staten in Congo, over de humanitaire ramp van toen: „Elke vorm van internationale interventie in Oost-Congo, hetzij om vluchtelingen te beschermen, hetzij om een eind te maken aan het geweld of welke vorm van hulp dan ook, zou helpen om de macht van Mobutu te versterken. Dat wilden de Fransen. Wij wilden dat niet. Er was geen enkele reden om Mobutu te helpen. De Fransen dachten dat wij ’hun land’ gingen veroveren.”

Hoe zit het nu?

Zoals Afrikanen het graag op hun eigen wijze blijven herhalen: wanneer de olifanten vechten, lijdt het gras onder hun poten. Zou Congo het geschikte oord zijn voor een economische oorlog tussen China en het Westen?

Na de prachtige beelden van de Olympische Spelen maakten de Chinezen een ruimtereis. Vandaag de dag worden zij gerekend tot ’s werelds nucleaire grootmachten. Wij weten dat China het uranium uit Congo en Niger nodig heeft om haar nucleaire macht te vergroten. De aanwezigheid van Chinese bedrijven in Niger heeft het monopolie van het Franse bedrijf Areva doorbroken. Areva zag zich gedwongen de prijs voor het uranium uit Niger, dat in het verleden gratis werd meegenomen naar Frankrijk, te verdubbelen. En terwijl het uranium uit Niger de nucleaire trots van de Fransen vertegenwoordigt, moeten de kinderen uit Niger zich tevreden stellen met water dat de internationale geaccepteerde normen voor radioactiviteit overschrijdt.

De Chinezen loeren op het coltan, goud en het uranium van Congo zoals een hongerige leeuw op zijn prooi. De opmars van deze leeuw, in de jungle van multinationals en oorlogsrebellen, van seksueel geweld en corruptie die Congo heet, laat een tornado van woede achter.

Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) eist inzicht in de contracten met China voordat het leningen aan Congo kan verstrekken. Vanaf de tribune van de Verenigde Naties in New York kwalificeerde de Franse president Nicolas Sarkozy deze contracten als nieuwe staatsleningen die te snel zijn afgesloten en die te duur zijn. De president van de Wereldbank Robert Zoellick is van plan naar China te reizen om over deze contracten te spreken. De Belgische minister van buitenlandse zaken, Karel De Gucht, is hiervoor al naar China gegaan.

Waar is de onafhankelijkheid van Afrika gebleven?

Waar is de onafhankelijkheid van Congo gebleven waarvoor Patrice Emery Lumumba, de eerste premier van de Democratische Republiek Congo, met zijn leven heeft betaald?

Zijn we bang dat de Afrikaanse zon die vroeger in het Westen opkwam, voortaan in het Oosten opkomt?

Voor minister Bert Koenders van ontwikkelingssamenwerking is de snelle opkomst van China in Afrika voor een belangrijk deel te danken aan de fout die Europa heeft gemaakt doordat het Afrika nooit tot strategische partner heeft willen maken. Een moedige uitspraak van de minister.

Moeten we in de huidige wereld met zijn mondiale markt terugkeren naar de soevereiniteit van staten als we weten dat alleen al de Amerikaanse aandelenmarkt in staat is de economische soevereiniteit van de rest van de wereld te verstoren? De huidige mondiale financiële crisis is een bewijs dat de wereld een dorp is. Een failliet dorp, niet geregeerd door een traditioneel Afrikaans dorpshoofd, maar door de grote westerse machten.

Ik ben niet op zoek naar zwarte schapen en ik ben ook geen scheidsrechter die rode kaarten uit wil delen. Ik voel me een mens zonder grenzen die de boodschap van de kinderen van Afrika, van Congo moet verspreiden. Deze kinderen hebben allang begrepen dat de conflicten in Congo economisch van aard zijn en niet etnisch. Ze nodigen Europa en de Verenigde Staten uit om de begeerde slagroomtaart die Congo heet met hen te delen: „Kom naar ons, kom rechtstreeks naar ons toe, we zullen onze rijkdommen met jullie delen, jullie hoeven niet via aangrenzende landen te gaan, jullie hoeven geen oorlogen te creëren.”

In hun memorandum aan de premier van Congo uitten ook de bisschoppen van Bukavu een noodkreet. Ik citeer: „Zou het niet gepast zijn om een top te overwegen die de Verenigde Staten, de Europese Unie en sommige Zuid-Aziatische landen zou verenigen om hun geostrategische, economische en geldproblemen op te lossen die de moordzuchtige spanningen in deze subregio in het algemeen, en in Congo in het bijzonder voeden? We zouden daarmee de dood van talloze burgers kunnen voorkomen en er zouden minder criminelen zijn. Het zou tevens de taak van humanitaire hulporganisaties vergemakkelijken en in het voordeel van investeerders werken.”

Naar mijn mening is dit de enige, werkelijk de enige manier waarop de hut van mijn grootmoeder, Afrika, gered kan worden. Alleen zo kunnen we voorkomen dat Afrika geslachtofferd wordt door pyromanen, die zichzelf juist als heldhaftige brandweerlieden zullen presenteren.

Het is de enige weg om met Afrikaanse magie het nieuwe Oosten in het Westen te laten veranderen en de Afrikaanse zon weer in het Westen te laten opkomen in plaats van in het Oosten.

Auteur, opiniemaker & lobbyist